Zijmarkeringslichten

Zijn zijmarkeringslichten verplicht?

Voor vrachtwagens is deze vraag bijna altijd met "ja" te beantwoorden, nauwkeuriger gezegd: elk voertuig van meer dan zes meter lengte heeft – afhankelijk van de voertuiglengte – een of zelfs meerdere markeringslichten nodig. De StVZO staat de montage ook toe bij

Wanneer zijn zijmarkeringslichten toegestaan?
Montage bij voertuigen <6m lengte toegestaan; vanaf 6m verplicht.

Hoeveel zijmarkeringslichten zijn nodig?
Afhankelijk van de voertuiglengte zijn één tot meerdere lampen nodig. Daarbij geldt een maximale onderlinge afstand van 3 meter.

Hoe moeten de zijmarkeringslichten branden?
Bij oudere voertuigen mogen deze continu branden, ook bij richtingsveranderingen. Bij nieuwe voertuigen moeten de zijmarkeringslichten naast continu bedrijf ook synchroon met de richtingaanwijzer branden.

Aan welke voorwaarden moet een dergelijke lamp voldoen?

Zoals voor alle verlichtingsvoorzieningen op een vrachtwagen geldt, moet ook de zijmarkeringslamp over een E-keurmerk beschikken dat garandeert dat zij voldoet aan de vereiste normen wat betreft lichtopbrengst en compatibiliteit met de voertuigelektronica. Verder hoeft er alleen op te worden gelet dat de lamp probleemloos op de gewenste montageplaats kan worden bevestigd. Hieruit volgt ook dat de lampen in principe geel zijn. Rode lampen mogen uitsluitend aan het uiteinde van het voertuig worden gebruikt, en dan alleen voor zijmarkering wanneer zij in combinatie met het reguliere achterlicht zijn uitgevoerd.

Ongeacht de voertuiglengte moeten de lampen minimaal 250 mm en maximaal 1500 mm boven de grond worden gemonteerd. Idealiter kiest men hiervoor een plek waar het zijmarkeringslicht niet onnodig sterk vervuild raakt.

Voor voertuigen met een lengte van 6–7 meter zijn drie zijmarkeringslichten verplicht; daarboven is voor elke 3 meter één extra vereist. Hierbij moeten eerst twee zijmarkeringslichten zo dicht mogelijk bij het begin en het einde van het voertuig worden gemonteerd. De maximale afstand mag vooraan 3000 mm en achteraan 1000 mm bedragen.

Vertrekkend van deze twee lampen moeten vervolgens één of meerdere lampen zo worden aangebracht dat er op geen enkel moment meer dan 3000 mm afstand tussen de zijmarkeringslichten bestaat. De afzonderlijke afstanden mogen echter ongelijk zijn, zolang zij deze maximale maat niet overschrijden. Er bestaat geen minimale afstand of een maximumaantal lampen, zodat ter verbetering van de zichtbaarheid desgewenst duidelijk meer zijmarkeringslichten kunnen worden gemonteerd.

Ja, mits het om een vrachtwagen gaat. Bij oudere voertuigen is dit een vrijwillige optie waarbij de lampen, aanvullend op de zijrichtingaanwijzers, knipperen om met name voetgangers en fietsers, evenals voertuigen die naast je rijden, te attenderen op het afslaan of een rijstrookwissel. Voor nieuwe voertuigen is dit momenteel zelfs verplicht; bij dergelijke voertuigen moeten achteraf gemonteerde markeringslichten in elk geval op de juiste bedrading worden aangesloten zodat ze meeknipperen.

Aanvullend geldt dat voertuigen onder bepaalde omstandigheden in plaats van een zijrichtingaanwijzer een knipperend markeringslicht mogen gebruiken. Dat geldt echter niet wanneer het voertuig af fabriek aan de zijkant een richtingaanwijzer heeft.